Het ultieme recept voor pasteitjesvulling

Bereiding

Pel de uien en snij ze fijn. Dep het varkenspoulet droog met wat keukenpapier en kruid het met peper, zout, nootmuskaat en paprikapoeder.

Laat 25 gram boter in de braadpan op hoog vuur lichtbruin worden en braad hierin het varkensvlees goed aan. Als het vlees mooi bruin is, bak dan de uien nog even mee tot ze glazig zijn. Voeg ongeveer 5 deciliter warm water toe aan het vlees, samen met de bouillontabletten of de bouillonpoeder en de laurierblaadjes.

Laat het vlees op laag vuur ongeveer een uur stoven tot het gaar is. Controleer of het vlees gaar is, laat het desnoods nog wat langer stoven. Dep het kalfspoulet droog en voeg dit zonder aan te bakken toe aan het varkenspoulet. Laat het geheel nu nog een half uur stoven tot het kalfspoulet ook gaar is.

Maak in de tussentijd de champignons schoon en snij ze in plakjes. Bak de champignons in 25 gram boter in de koekenpan aan en breng op smaak met zout, peper en paprikapoeder. Smelt in de steelpan 40 gram boter op  een middelhoog vuur. Voeg dan 40 gram bloem in één keer toe en laat de bloem garen terwijl je continu goed roert met een garde of houten lepel (je weet dat de bloem gaar is als deze begint te “zweten”.

Voeg dan een beetje koude melk toe en roer tot een gladde pasta, wacht even totdat dit gekookt heeft en al het vocht goed is opgenomen, voordat je er opnieuw een beetje koude melk aan toevoegt, roer weer goed en wacht weer totdat de melk goed is opgenomen in het boter-bloemmengsel. Ga zo door totdat je alle melk gebruikt hebt. Je hebt nu een gebonden witte saus (roux).

Meng de gebakken champignons door het vlees en roer de witte saus erdoor.

Breng de pasteitjesvulling verder op smaak met peper, zout, paprikapoeder, nootmuskaat en eventueel een halve verkruimelde bouillontablet of een beetje bouillonpoeder.